'Depressie goed behandelbaar'
door Koen Voskuil
De Wereldgezondheidsorganisatie (WHO) heeft becijferd dat depressie binnen tien tot twintig jaar volksziekte nummer één kan worden en zelfs doodsoorzaak nummer twee. Psychologe Aly van Geleuken strijdt met het onlangs vernieuwde NFGV-Depressie Centrum tegen dat "doemscenario''. "Er moet veel meer voorlichting komen over de ziekte en hoe je het te lijf kunt gaan. Want het is goed behandelbaar.''
UTRECHT - Een dipje, niet lekker in je vel zitten, of depressief zijn. De begrippen worden in de volksmond weleens door de war gehaald. Maar volgens Aly van Geleuken is er een groot verschil tussen normale depressiviteit of een depressie: "Zoals iedereen verkouden kan worden, is ook iedereen weleens depressief. Maar bij sommigen gaat de bui niet over. Die lijden aan de ziekte depressie, en komen er op eigen kracht niet zomaar meer uit. De ziekte strekt zich op alle gebieden van het leven uit: je kunt je normale werkzaamheden niet meer doen, je huishouden niet meer, je beleeft geen plezier meer aan je hobby's.''
Gemiddeld lopen 700.000 mensen in dit land met een depressie rond. Eén op de tien mannen raakt een keer in een depressie en zelfs één op de vijf vrouwen. Volgens de WHO kan depressie binnen tien tot twintig jaar volksziekte nummer één worden. Bovendien kan depressie doodsoorzaak nummer twee worden. Niet alleen vanwege het verhoogd risico op suïcide, maar ook omdat depressieve mensen zichzelf verwaarlozen en gezondheidsklachten krijgen.
Maar zo ver hoeft het niet te komen, denkt Aly van Geleuken, hoofd van hét kenniscentrum over depressie in Nederland, het NFGV-Depressie Centrum. Begonnen in 1997 als de Depressie Stichting heeft de instelling recent een stap voorwaarts gemaakt door zich bij het Nederlands Fonds voor Geestelijke Verzorging (NFGV) aan te sluiten. Volgens Van Geleuken kan betere voorlichting over de ziekte een hoop leed voorkomen: "Een van de kenmerken van een depressie is dat mensen veel denken over de dood en zelfdoding. Ze ontwikkelen die gedachten solitair en in die vicieuze gedachtecirkel lijkt uit het leven stappen steeds meer de beste oplossing. Maar zodra je zoiets bespreekt met die persoon, is de druk er grotendeels af'', zegt Van Geleuken.
"De gewone man in de straat moet weten wat depressie is, wanneer je het behandelt en wat je eraan kunt doen. We proberen iedereen erop te attenderen dat als ze iemand kennen die aan de ziekte depressie lijdt, ze moeten vragen hoe het ermee gaat en of die persoon ook gedachten heeft om er een eind aan te maken.''
Ook huisartsen zouden de ziekte beter moeten kunnen signaleren, vindt Van Geleuken. Volgens de psychologe is er zowel sprake van overdiagnose als onderdiagnose van depressie. Aan de ene kant schrijven huisartsen steeds sneller antidepressiva uit, constateert ze. Soms misschien wat te snel: "Bij het verlies van een dierbare krijgen mensen soms al binnen enkele weken een antidepressivum van de huisarts. Wij bagatelliseren zo'n ingrijpende gebeurtenis niet, maar denken wel: dit is geen depressie. Het is normaal om te rouwen en dat moet je niet verdringen met externe middelen.'' Anderzijds komt het volgens de psychologe ook vaak voor dat huisartsen depressieve mensen op het spreekuur krijgen, maar die diagnose juist niet stellen. "Over die groep maak ik me grotere zorgen'', zegt Van Geleuken. "Die mensen zijn vaak al ergens te vinden in het zorgcircuit. Want vaak staat bij een depressie somberheid niet op de voorgrond, maar gaat deze schuil achter allerlei lichamelijke kwalen. Huisartsen vergeten dan te vragen: hoe is je stemming de laatste tijd?''
Het is van groot belang dat bij mensen met de ziekte depressie zo snel mogelijk de juiste diagnose wordt gesteld, zegt ze. "Als dat eenmaal is geconstateerd, is de ziekte vrij goed behandelbaar met medicijnen of gesprekken met een therapeut.''
Verschenen in SP!TS op woensdag 17 maart 2004.
Persberichten over kruiden:
Extract Sint Janskruid helpt tegen zware depressies
Moederkruid mindert migraine
Jaarlijks 3500 doden door bijwerking medicijnen
Depressie goed behandelbaar
Voedingsvezels wat heb je er aan?
Historie
Wist u dat ?